N – The Madness of Reason: onconventioneel, filmisch pleidooi tegen kille classificatie

De onvolprezen Jan Brokken schreef ooit een mooi verhaal over ene Raymond Borremans. Een Fransman die het Europa van na de Eerste Wereldoorlog ontvluchtte, eerst koloniale officieren entertainde en later met een mobiele bioscoop een Afrikaans publiek verwierf. Ondertussen werkte hij aan een persoonlijk, megalomaan project: een encyclopedie van West-Afrika. Het kwam nooit af. Toen hij stierf was hij pas net voorbij de helft van het alfabet, bij de letter N.

 

Raymond Borremans N The Madness of Reason

 

In de zinnenprikkelende film N – The Madness of Reason keert de geest van Borremans terug naar West-Afrika. Terwijl hij daar zo rond zweeft raakt hij in gesprek met een Afrikaanse die duidelijk over de gave beschikt om met geesten te praten. Wat hem bezielde, wil ze van hem weten, met dat hele encyclopedische project? Of hij niet door had dat de Afrikaanse realiteit, een wereld van allegorieën, hem op deze manier juist door de vingers glipte.

N – The Madness of Reason start loom en dromerig en het wordt niet duidelijk wat er hier cinematografisch precies aan de hand is. Is het deels toch een documentaire? Allemaal fictie? Panafrikanistische propaganda? Wel wordt het al snel duidelijk dat het hier om veel meer gaat dan een biopic over een zonderling figuur uit een lang vervlogen wereld. Raymond Borremans wordt hier de belichaming van de drang tot classificatie, die we natuurlijk moeten zien als een gevolg van zijn Europese achtergrond. Het rationele continent waar hij vandaan komt is steeds de impliciete tegenhanger van een warm, spiritueel Afrika dat hier betoverend mooi in beeld wordt gebracht.

Geen wonder dat regisseur Peter Kruger schrijver Ben Okri wist te strikken voor de teksten. Het succes van de  Nigeriaan drijft naast pompeus, overrijp proza vooral op het soort Afrikaanse zelf-exotisering dat het in sommige literaire kringen net zo goed doet als bij de toeristische kraampjes naast safariparken. Het levert flarden teksten op die soms alleen een lekker spiritueel Afrikaans gevoel moeten oproepen maar soms – eerlijk is eerlijk – wel degelijk raak zijn.

Of Borremans niet wist dat de krachten van de chaos toenemen naarmate je meer orde probeert te scheppen, vraagt de Afrikaanse stem hem, bijvoorbeeld. Dat is geen onschuldige, filosofische kwestie, wil Kruger de kijker duidelijk maken en hij doet dat op superieure, geraffineerde wijze. Je ziet een jonge Afrikaan die zich trots zijn training door Borremans herinnerd. Je ziet een nieuwe generatie schoolkinderen geestdriftig tellen, letters lepelen en hun krijtbordjes omhoog houden voor de meester. “Nature”, schrijven ze erop, en “Nationalité”.

Dan zijn er opeens de cijfers en de letters van de chaos. Kruger filmde in Ivoorkust tijdens de burgeroorlog. Politieke uitsluiting heeft opeens een beeld: stapels ingenomen identiteitskaarten, gerangschikt op eerste letter van achternaam. Dan: smeulende huizen, militairen, bebloede lijken op de weg.

Zoals de titel al aangeeft is dit geen film over Raymond Borremans, maar over de wisselwerking tussen gekte en rede, chaos en orde. Een pleidooi tegen kille categorisatie, knap en toepasselijk gevangen in een filmische vorm die de hokjes niet past. Desalniettemin blijft een cruciale tweedeling wel tot het einde recht overeind: de Europeaan is rationeel, de Afrikaan functioneert het best in een warme, magische wereld. In de context van deze film ironische en sowieso betreurenswaardige classificaties die deze bioscoopervaring niet minder de moeite waard maken. Want, wat je verder ook van zijn onderliggende boodschap mag vinden, Kruger slaagt er wel in de magie die hij Afrika toedicht via zijn onconventionele benadering en briljante montage voelbaar te maken.

Leon van de Reep

Leon van de Reep

leon@afrikaansetoestanden.nl

Leave a Reply