De regenvogel – Jan Brokken

de-regenvogel---jan-brokken[0]Het is niet echt een titel voor een reisboek, De regenvogel. En de ondertitel die het gebruikelijke reisverslag (ont)siert ontbreekt ook al. Het ruikt, kortom, bij de kaft al naar roman. Jan Brokken schrijft inderdaad met het inlevingsvermogen van de beste romanciers. Maar hij is in De regenvogel ook nieuwsgierig journalist en grondig maar aanstekelijk historicus. Het is tekenend dat zo’n meesterverteller van Hollandse bodem pas een groter lezerspubliek bereikt na publicatie van een Tweede Wereldoorlog-roman.

Het was in 1991 misschien nog een beetje te vroeg voor de originele wijze waarop Brokken in De regenvogel met genres goochelt. Zijn eigen reiservaringen in Gabon lijken nog het meest op journalistieke reportages maar onderscheiden zich door een opvallend open blik en een poëtische stijl. Die persoonlijke verslagen van zijn ontmoetingen met Gabonezen en expats en zijn beschrijvingen van de rivieren en het oerwoud winnen aan diepte door de manier waarop Brokken ze losjes onderdeel maakt van een veel groter verhaal. In historische beschrijvingen schetst hij ook de geschiedenis van Gabon. Bijna en passant maakt hij dat kleine Centraal-Afrikaanse land ook nog tot een prisma waardoor de eeuwenoude Europese fascinatie voor Afrika glashelder zichtbaar wordt.

In hoofdstukken die ook als afzonderlijke novelles gelezen zouden kunnen worden, beschrijft Brokken de verrichtingen van de bonte stoet historische figuren die hem voorgingen in het Gabonese oerwoud. De regenvogel begint treffend met de bevindingen van Georges Simenon. De populaire Franse detectiveschrijver toog naar Gabon voor rauw materiaal dat als basis voor zijn eerste serieuze boek moest dienen. Ook Jan Brokken maakt Gabon tot een literair decor en laat zo alle schijn van mogelijke objectiviteit al snel varen. Met evenveel gevoel voor historische verhoudingen als voor persoonlijk detail volgt hij 19e-eeuwse ontdekkingsreizigers. Zo rijgt hij talloze visies op Afrika in het algemeen en Gabon in het bijzonder aan elkaar. Van de Italiaans-Franse graaf en ontdekkingsreiziger De Brazza die als volleerd diplomaat vrede sloot met de Afrikaanse koningen aan de rivieroevers tot de eerste moderne ‘ontwikkelingswerker’, de beroemde Zwitsere arts Albert Schweitzer. Via de ‘ontdekker van de gorilla’ Du Chaillu en de Victoriaanse, vrouwelijke ontdekkingsreiziger Mary Kingsley en vele anderen.

Het is een aspect dat in veel reisboeken vreemd genoeg ontbreekt, maar in De regenvogel draait alles in de kern om contact. Daarom voelt het nergens onnatuurlijk als Brokken van heden naar verleden en terug schakelt. Zowel in zijn persoonlijke als in zijn historische beschrijvingen draait het om de ontmoeting tussen de Afrikaan en de Europeaan, tussen de lokale vorst en de ontdekkingsreiziger, tussen de Franse meesteres en de zwarte bedienden, tussen de toerist en de gids. Het onbegrip dat daar vanzelfsprekend uit voort vloeit is voor Brokken geen bron van irritatie maar voer voor ijzersterke literatuur.

Dat illustreert hij met subliem schrijverschap misschien wel het best in het laatste hoofdstuk, waarin hij met Ibinga de rivier afreist. Zoals iedereen die hij ontmoet, is Ibinga voor Brokken een verhaal op zich. Ze is een product van alles waar hij eerder over schreef en tegelijkertijd mens van vlees en bloed. Het levert zinderende pagina’s op waarin Brokken zo subtiel en persoonlijk schrijft dat het bijna pijn doet.

Boudewijn Büch schreef het al vlak na verschijning:

Dit boek is een meesterwerk. Knap van constructie, spannend en informatief. Het ideale literaire reisboek.

 

Leon van de Reep

Leon van de Reep

leon@afrikaansetoestanden.nl

Leave a Reply